Ridder metter mouwen
Print deze pagina
Ons vertelt die aventure,
Dat coninc Artur op dese ure
Hilt een hof soe over groet
In die stat te Kardeloet,
5 Recht op enen tsinxen dach, tsinxen dach: pinksterdag
Datmen nie gelijc des ne sach.
Die coninc hi droech crone doe
Entie coninginne mede alsoe.
Daer was menech riddere te hove,
10 Stout ende van goeden love. Stout: dapper; van goede loven: voortreffelijk
Die coninc hadde oec doen maken
Roet samijt ende scarlaken samijt: fluweel; scarlaken: kostbare stof
Mantel ende roc, vif hondert paer,
Vol hermerijns wit ende claer, claer: helder wit
15 Ende dor op blau sindael dor houwen. En met blauw zijde gevoerd
Daer waren ridderen ende joncfrouwen,
Met diren clederen ende met goeden
Geaetsemeert, die hem wel stoeden. Geaetsemeert: uitgedost
Daer waren Vm ridders snel, Vm: 5000
20 Van prise goet, wetic wel. Van prise goet: voortreffelijk
Doe gine die conine messe horen messe horen: de mis bijwonen
Met menegen riddere ut vercoren.
Erec ende Ydier, wet vor waer, wet vor waer: weet dat zeker
Gingen vorden coninc daer
25 Met tween guldinen roeden
Ende weerden die te bi stoden. En hielden mensen die te dichtbij stonden tegen
Ydiers vader hiet coninc Vermine,
Eres vader was Lac die coninc;
Dese waren edel ende rike.
30 Die coninginne dire gelike dire gelike: eveneens
Volgede na met sconen joncfrouwen
- Vierwerf XX mochtmer scouwen -, mochtmer: kon men er; scouwen: zien
Die alle gecleet sierlijc sijn
Met diren clederen sidijn. In kostbare, zijden kleren
35 Der conninginnen leide Walewain
Ende Perchevale in dat plain
Ende Lanceloet ende Ductalas
Leetden Claretten, sijt seker das. Leetden: begeleidden; sijt seker das: wees daar zeker van
Dus heefmen messe begonnen daer.
40 Men sanc met noten scone ende claer
Ende doen die dienst was gedaen,
Brachtmen water ende ginc dwaen. ginc dwaen: ging men de handen wassen
Daer was ten etene gedient wale. Tijdens de maaltijd werd voortreffelijk bediend
Wat soude daer af lange tale? Waarom zou ik daar veel over vertellen?
45 Elc hadde daer sijn gevoech hadde... sijn gevoech: kreeg volop
Dies hi wilde ende meer dan gnoech. Dies hi wilde: van wat hij wilde
Doen terde gerechte daer was geten, terde: het derde
Swoer die coninc ende liet daer weten,
Datmen niet soude eten vord soude: moest; vord: verder
50 Eer daer niemare ware gehord, niemare: een bericht waaruit een avontuur komt
Noch scoenlaken ward op gedaen. Noch dat het tafellakken werd weggehaald (dit sluit aan bij vs. 49)
Ende niet lange daer na saen saen: reeds
Quam een bode met haestecheden met haestecheden: met spoed
Al tote vore die zale gereden. tote vore die zale: tot voor de ridderzaal
55 Hi beette neder ende sijn paert beette neder: steeg af
Hielt een knape. Hi gine ter vaerd hielt een knape: hield een dienaar vast; ter vaerd: terstond
Vorden coninc ende groetten met sinne met sinne: hartelijk
Ende daer na die coninginne.
Hi seide hi brachte ene niemare niemare: nieuwsbericht
60 Die hem liver comen ware Waarvan hij wilde dat die hem (nl. de koning) bereikt zou hebben
'Bi enen anderen dan bi mi.' Door iemand anders dan mijzelf
Doe sprac die coninc: 'Segt mi wat si, si: wat het is
Want ic moet ene niemare weten
Eer hier heden werd volgeten.'
werd volgeten: wordt afgegeten
65 Doen seide die knape met droven mode: met droven mode: treurig gestemd
'Here Tristram, die goede,
Es doet; ic litene opten vloer litene opten vloer: liet hem op de grond
Liegen doen ie henen voer. Liegen: liggen; henen voer: wegreed
Ysauden minne, sijns oems wijf, Ysauden minne: liefde voor Isolde, sijns oems wijf: zijn ooms vrouw
70 Heeft genomen sijn lijf Heeft hem het leven gekost
Ende si es oec om sinen wille doet. En zij (Isolde) stierf door smart toen ze hem dood vond
Marcus, sijn oem, heeft rouwe groet
Beide om hem ende om hare.
Here, uwen orlof ic vare; Ik vraag uw toestemming om te vertrekken
75 Ic moet elre boetscap dragen.' Elre: elders; dragen: overbrengen
Doen hoerdemen sere clagen
Beide heren ende oce vrouwen.
Die coninginne sprac met rouwen:
'Here, gereit u, vaert ten like.' Maak u gereed, ga naar de begrafenis
80 Artur seide doe sekerlike: sekerlike: voorwaar
'Ic sout harde node laten.' Ik zou het met grote tegenzin nalaten
Hi bat doe alle die daer saten,
Dat si met hem souden varen.
Si gereiden hem alle sonder sparen Zonder dralen maakten ze zich gereed
85 Ende die conine es vore gereden,
Daer hem menech volgede ter steden.
Vorige pagina
Copyright © 2002-2010 Team llb243